Part VII Farmwork and the way to Port Augusta - Reisverslag uit Yantabulla, Australië van Guido Mallegrom - WaarBenJij.nu Part VII Farmwork and the way to Port Augusta - Reisverslag uit Yantabulla, Australië van Guido Mallegrom - WaarBenJij.nu

Part VII Farmwork and the way to Port Augusta

Door: Guido

Blijf op de hoogte en volg Guido

29 Juni 2017 | Australië, Yantabulla

Na een maandje werken vond ik het wel weer mooi geweest en was het weer tijd om de weg op te gaan. Samen met die kale hebben we een rondje richting Canberra, de hoofdstad, gemaakt. Hier schijnt volgens velen niet zoveel aan te zijn, maar wij wilden dat toch even met eigen ogen zien. Er zijn vooral parlementsgebouwen en musea. Voor die Kale een marteling voor mij een genot. Dus besloten we dat ik het bij 1 museum zou houden Dat werd ‘The Old House of Parlements’, een bijzonder mooi gebouw voor Australische begrippen. Er zit tegenwoordig een museum in over politiek en een beetje historie van Australië. Maar wat op mij de meeste indruk maakte was de Aboriginal Ambassy aan de overkant van de weg. Op een groot veld was een heel tentenkamp met de naam ‘Tent Ambassy’. Op vredige wijze protesteren hier al jarenlang Aboriginals en vechten ze voor gelijke rechten voor blank en zwart en een soevereine staat voor de eerste bewoners van Australië. Ondertussen heb ik aardig wat info over en van de Aboriginals gehoord. De geschiedenis is pijnlijk en droevig. Bijna overal waar je komt zijn in het verleden de Aboriginals uitgemoord en verdreven van hun land, waar ze al duizenden jaren in vrede en in harmonie met de natuur leefden. Het was zelfs bij wet toegestaan op ze te jagen als op wilde dieren. In de vorige eeuw werden kinderen bij hun ouders weggeplukt en in heropvoedingskampen gestopt om nette ‘blanke kinderen’ van ze te maken. Dit alles onder invloed van dezelfde ideeën over eugenetica en raszuiverheid die Hitler tot zijn holocaust dreven. Ze gingen de geschiedenisboekjes in als ‘the lost generation’. Maar tot in onze eeuw is er nog steeds sprake van discriminatie en een flinke dosis rascisme van de ‘Rednecks’, zoals de Aussies soms ook wel spottend worden genoemd. Er zijn zelfs in het noorden nog cafés waar nog steeds een apart gedeelte is voor zwarte mensen en voor blanke mensen.
Niet zo heel gek dus dat een deel van de Aboriginals aan de drank en drugs is, geteisterd door een zeer traumatisch verleden en met weinig kansen in het heden. Toch gaan er gelukkig steeds meer stemmen op die het voor ze opnemen en zijn er ook al flinke stukken land teruggegeven, waar ze opnieuw kunnen leven zoals ze altijd al deden.
Na Canberra reden we naar de Oostkust, waar we een prachtige camping opzochten: The Glasshouse Camping Area. Enkele honderden meters voor aankomst rende er opeens een flink hert voor de auto uit, die angstig een doorgang in het hek probeerde te zoeken. Aangekomen op het veldje zat dat vol kangaroo’s en aan de hemel scheen een prachtige volle maan. Prima plaatje dus weer Daarna hebben we nog een dagje en nachtje doorgebracht op Phillipe Island, bekend om zijn pinguïns en het Grand Prix Circuit.
De tocht ging terug naar Emerald, waar Maarten en Jasper zich bij ons voegden en de tocht richting Darwin kon beginnen. 3500 km naar het Noorden van Australië door de Outback, zoals het woeste onherbergzame landschap wordt genoemd. De tocht leidde ons via de Great Ocean Road, die ik nu een tweede keer aandeed. Echter met wat meer tijd en zonniger weer dan de vorige keer vond ik dat geen straf. We overnachten op Camping Bimbi in Otway National Park en hebben deze keer een stuk of 5 koala’s gezien! Op de hoek van dit schiereiland staat een oude vuurtoren waar we graag een bakkie koffie wilden drinken na een flinke wandeling, maar ze durfden hier wel 20 dollar de neus te vragen. Daar hadden wij geen zin in…Toen hebben we een iets creatievere aanpak bedacht. Maar in onze ondeugd raakten Maarten en ik de Kale en de Lange kwijt op het terrein. Wij zaten iets verderop te wachten en dachten, waar blijven die twee nou joh?! Uiteindelijk maar teruggelopen naar de camping, maar ook daar geen spoor. Uiteindelijk zijn we maar naar het stadje gereden, waar we bereik hadden om ze een berichtje te sturen. Toen we daarna weer terugkwamen op de camping bleken ze beiden terug. We troffen ze in een slechte bui, want ze hadden uren op ons zitten wachten, omdat ze dachten dat wij nog ergens binnen waren. Waar wij enkele honderden meters verderop op hen hadden zitten wachten. Ach, gestraft voor onze ondeugd besloten we er maar 1 op te drinken en met een heerlijk koud biertje in de hand hebben we in het open veld naar het adembenemende schouwspel van de nachtelijke hemel zitten kijken. Ik hier voor het eerst geprobeerd met nieuw verworven kennis om dit op de foto vast te leggen en met succes!
De dag daarna zijn we naar de 12 apostelen gereden. We waren hier in alle vroegte en zijn toen via in de rotsen uitgehakte trappen op het strand gekomen. We maakten een korte wandeling, maar moesten al gauw terug, want het water kwam wel erg snel opzetten en Maarten haalde zelfs een nat voetje. Dat was niet de laatste nattigheid die hij die dag zou voelen. Er stonden nog wat mooie spots op het programma en bij 1 daarvan sloegen de metershoge golven met geweld op de kust wat een prachtig effect gaf. Daar wilde Maarten wel een foto van met hem in de voorgrond. Dus een driekoppig legertje aan fotograven verzamelde zich voor hem om het beste plaatje te schieten. En opeens was daar het moment: klaabammm! De golf was echter zo hoog dat hij zich niet op tijd uit de voeten kon maken en van top tot teen drijfnat was. Ik had geluk want ik dook net op tijd opzij en de golf kwam enkele centimeters achter me neer.
Na ons lolletje en een droog stel kleren gingen we verder. We reden door de Grampions, deden hier verschillende mooie wandelingen en reden een gaaf 4-Wheel-drive track met B100. Op de Plantation camping area maakten we die avond een flink kampvuur. Bij deze jongen gingen al snel de oogjes dicht toen hij in zijn luie stoel zat en dat moet je over het algemeen niet doen waar je vrienden bij zijn: dat is vragen om problemen. Ik schrok opeens wakker toen ik nattigheid voelde en vroeg he begint het te regenen?! Dat was maar van korte duur en ik verzonk weer in dromenland, maar opnieuw een lokale regenbui. Dus ik keek verwilderd om me heen of ik iemand zag die me nat zat te gooien, maar zag niemand. Jasper bleek in mijn dooie hoek te staan en kon het geintje zelfs nog een derde keer maken voor ik pas weer goed en wel op aarde was. En wat een schik ze er toch allemaal van hadden haha!
De volgende dag maakten we opnieuw een mooie wandeling en op een bepaald punt kon je hier op de rotsen klauwteren. Zoals we dat zo vaak deden klommen we als aapjes omhoog en hadden van daar een prachtig uitzicht. Na een korte break wilden we verder en Maarten suggereerde om een andere route terug te nemen. Hij hing ongeveer twee meter boven mij tussen de rotsen, maar opeens verloor hij de grip en viel recht op me af. In zijn val draaide hij nog net en landde deels op z’n voeten en deels op z’n rug. Alles leek goed tot hij zijn hand optilde en zijn pink in een hoek van 90 graden bleek te staan! Shit…! Dat wordt een ritje naar het ziekenhuis schoot het door ons heen. Maar hij pakte zijn pink beet en zette em zo in de juiste stand. “Heb ik wel eens op TV gezien” was zijn droge commentaar. De pink bleek dus enkel uit de kom, maar de schrik zat er voor even toch goed in en we stonden nog te trillen op de benen. Later was Maarten wat stiller en gaf hij toe dat het besef soms wat later bij hem binnen komt: “dit had heel anders af kunnen lopen”. Gelukkig was alles goed afgelopen en we realiseerden ons gelijk: jongens doe voorzichtig en niet al te gek.
De dagen daarna hebben we nog Mt Hollow en Mt Stapleton beklommen. Leuke en uitdagende klimmetjes die beloond werden met een prachtig uitzicht. Bij Stapleton zaten we op een camping die officieel nog gesloten was omdat hier enkele jaren geleden een hele hevige bosbrand heeft gewoed. Overal om je heen kon je de sporen daarvan nog zien, maar ook hoe de natuur zich weer aan het herstellen was en de vegetatie al weer welig woekerde. Op deze camping liepen verschillende Emu’s op hun dooie akkertje te grazen. Dit zijn soort struisvogels met een heel pluizig verenstaartje. Zodra je te dicht bij komt naar hun zin zetten ze het op een lopen met een tempo waar Daphne Schippers jaloers op wordt!
Opnieuw was er genoeg brandhout om ons heen te vinden, dus ’s avonds maakten we weer een flink vuur. Ik had op een gegeven moment net het vuur een beetje opgepookt en wilde weer m’n zetel opzoeken. Maar Melvin en Jasper waren iets opgeschoven wat ik niet had gezien en in het donker zag ik zo gauw niet dat ik enkel mijn rechterleuning en Melvin’s linkerleuning te pakken had en voor ik er erg in had zat ik met mijn kont op de grond en de voetjes in de lucht! Opnieuw grote schik
Momenteel zijn we onderweg naar Alice Springs. We hopen te stoppen bij Coober Pedy, een stadje dat grotendeels onder de grond is gemaakt omdat het er doorgaans zo warm is. De weg er naar toe gaat dwars door de Outback. Dus opnieuw onherbergzaam woestijngebied. Waarschijnlijk moeten jullie het dus weer even zonder me moeten stellen;)


Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Guido

Hoi, Welkom op mijn reispagina. Hier houd ik bij waar ik zit en kun je lezen wat er zoal beleefd wordt;) Groetjes en veel leesplezier, Guido

Actief sinds 30 Dec. 2016
Verslag gelezen: 502
Totaal aantal bezoekers 11624

Voorgaande reizen:

17 Januari 2017 - 20 Januari 2018

Australia adventure

30 December 2016 - 31 December 2016

Mijn eerste reis

Landen bezocht: